In de praktijk krijgen we vaak de vraag: “Zijn deze scores wel representatief?”
Soms van cliënten of ouders, maar zeker ook van collega-professionals.
Logisch – want wie werkt met testgegevens, wil kunnen vertrouwen op wat ze zeggen. En dus volgen er vragen als:
Had de cliënt misschien een slechte nacht? Was er stress, menstruatie, trauma of faalangst?
Het is verleidelijk om verklaringen te zoeken voor een score die lager uitvalt dan gehoopt. Maar wat als we die redenering omdraaien?
Wat als de testuitslag niet ‘verstoord’ is, maar juist een eerlijke momentopname biedt van hoe iemand nu functioneert?
Bij Breinwijzers vinden we het belangrijk om scores niet los te interpreteren. We kijken naar de hele context:
Wat zegt de wetenschap over invloeden zoals slaaptekort, angst of hormonale schommelingen? Hoe groot zijn die effecten eigenlijk? En zijn ze relevant voor deze specifieke persoon, op dit moment?
📌 Wat blijkt? de invloed is beperkt, wisselend of alleen in grote groepen aantoonbaar.
Daarom stellen wij liever een andere vraag:
Niet “Is dit wel representatief?”, maar:
“Wat zegt dit over de huidige draagkracht en belasting – en wat is er nú nodig?” Je hebt immers ook een uniek persoon in de kamer met een eigen context.
